Toespraak Voorzitter Tweede Kamer bij de Nationale Herdenking op de Dam in Amsterdam, 4 mei 2011
4 mei, anders dan alle andere dagen.
Het is 4 mei.
Op de avond voor Pasen vragen Joodse kinderen aan hun vader: waarom is deze dag anders dan alle anderdagen?
Vandaag stel ik die vraag ook.
Waarom is 4 mei anders dan alle andere dagen?
Op 4 mei herdenken we onze doden.
We doen dat ieder voor zich.
Het is 4 mei voor de oude man die zijn vrouw herdenkt
Ze mocht net twintig worden, ouder niet.
Een gele ster was het begin. Hoe het eindigde weet hij niet.
Het is 4 mei voor de vrouw die haar vader herdenkt.
Zijn graf ligt in de duinen, vlakbij Waalsdorp.
Hij verzette zich, hij was een held.
Maar zij had nooit een vader
Het is 4 mei voor de man die zijn ouders herdenkt.
De moeder gestorven aan honger en ziekte, in een Indisch kamp; de vader verdronken in de Javazee.
Een graf om bij te rouwen is er niet
En het is 4 mei voor de ouders die hun zoon herdenken.
Hij was van nĂ¡ de oorlog. Maar na de oorlog bestaat niet. Hij vocht in Afghanistan en kwam niet levend terug.
Oorlog geeft een lange schaduw.
Wij zijn nabestaanden, ook als we niet zelf getroffen zijn. Zo is het 4 mei voor iedere Nederlander.
Maar het is ook 4 mei voor alle Nederlanders samen.
We gedenken onze doden ieder voor zich maar ook samen. In een vrijheid die voor altijd verbonden is met hen die hun leven daar voor gaven.
Door hen is Nederland een vrij land.
In een onvrij land is ook herdenken niet vrij.
Mensen die anders dachten, moesten niet alleen verdwijnen, maar ook hun sporen moesten uitgewist.
Niemand mag meer over hen spreken. Niemand mag meer aan hen denken. Niemand mag hen her-denken.
Maar in een vrij land staat herdenken vrij.
De sporen van hen die ons dierbaar zijn worden niet uitgewist. Hun namen worden niet vergeten. Wij mogen aan hen denken. Wij mogen over hen spreken.
Sommige wonden kan de tijd niet helen. Die horen bij ons, zijn deel van onze geschiedenis.
Dat is wat ons op 4 mei samenbindt.
We zijn verbonden in het verdriet over de doden.
Maar we zijn ook verbonden in de vrijheid om aan hen te mogen denken.
En we zijn verbonden in de verantwoordelijkheid die we samen voor die vrijheid dragen.
Vrijheid spreekt niet vanzelf.
Recht spreekt niet vanzelf.
Democratie spreekt niet vanzelf.
Wij zijn er samen verantwoordelijk voor.
Het zijn de fundamenten van ons bestaan.
Het zijn de waarden die we overdragen aan onze kinderen.
Daarom staan we ieder jaar op deze dag niet alleen stil bij de doden van de oorlog.
We staan ook stil bij de rechteloosheid van oorlog. De onderdrukking. Het verraad. De angst. De schaamte. De onvrijheid
Dat gedenken we op 4 mei.
Daarom is deze dag anders dan alle andere dagen.
Noten:
Gerdi Verbeet is Voorzitter Tweede Kamer.
Met welwillende toestemming geplaatst, 16 mei 2011.